Zoeken

Wanneer kiest u Uricult, Uricult Plus of Uricult Trio?

23 september 2025

Een goede keuze tussen Uricult, Uricult Plus en Uricult Trio voorkomt onnodige herhaling en maakt verslaglegging consistenter. De varianten verschillen vooral in de gebruikte bodems en daarmee in wat u snel kunt duiden tijdens de triage van urine. In deze gids vindt u een praktische vergelijking: doel per variant, wanneer welke keuze logisch is, waar u bij aflezen op let en hoe u valkuilen voorkomt. Het uitgangspunt blijft steeds hetzelfde: kies de dipslide op basis van uw vraag en koppel de bevindingen aan klachten, risicofactoren en uw regionale afspraken.

Gaat u de dipslide aflezen? Zie het stappenplan in Uricult aflezen: interpretatie, drempels en fouten.

Kernpunten

  • Formuleer uw vraag vooraf; kies de dipslide daarop.

  • Combineer bodems doordacht; elke zijde zegt iets anders.

  • Lees per zijde af met vaste, gedeelde terminologie.

  • Leg motivatie en vervolgstap kort en systematisch vast.

  • Herken grenzen; kies tijdig voor een laboratoriumkweek.

Wat onderscheidt Uricult, Uricult Plus en Uricult Trio?

De kern van elke dipslide is de combinatie van bodems op de twee (of drie) zijden. Die bodems maken bacteriegroei zichtbaar en geven richting. In grote lijnen:

  • Uricult combineert een niet-selectieve bodem (CLED) voor een globale telling/overzicht van groei met een selectieve bodem (MacConkey) die vooral Gramnegatieve groei ondersteunt en lactosefermentatie zichtbaar maakt. Dit helpt u om totale groei en een eerste oriëntatie op Gramnegatieven te combineren in één aflezing.

  • Uricult Plus bouwt hierop voort met een extra selectieve component gericht op enterokokken. Daarmee krijgt u naast totale groei en Gramnegatieven óók een indicatie voor enterokokken (en verwante streptokokken) op een aparte zijde.

  • Uricult Trio voegt aan CLED en MacConkey een E. coli‑gerichte bodem toe op basis van β‑glucuronidase-activiteit. Zo kunt u sneller een indruk krijgen of de groei past bij E. coli, de meest voorkomende verwekker bij urineweginfecties, naast uw totale en Gramnegatieve beoordeling.

Praktisch gevolg: Uricult is breed en overzichtelijk voor een eerste inschatting; Uricult Plus is zinvol als u enterokokken sneller wilt signaleren; Uricult Trio helpt wanneer u vooral wilt weten of de groei past bij E. coli. De keuze verandert niets aan de basis: u beoordeelt nog steeds patroon, dichtheid en uniformiteit per zijde en koppelt dit aan het klachtenbeeld en beleid.

Wanneer kiest u welk type in de praktijk?

Kijk steeds naar de klinische vraag en de context.

Eerste triage in de huisartsenpraktijk

Zoekt u vooral antwoord op de vraag “wel of geen relevante groei?” met een grote kans op Gramnegatieven? Dan past Uricult. U krijgt in één oogopslag een totaalbeeld (CLED) én een indruk van Gramnegatieve, lactosefermenterende groei (MacConkey). Bij twijfel of onduidelijke congruentie kan herhaling of laboratoriumkweek volgen volgens de lokale afspraken.

Recidieven of risicogroepen

Waar u minder ruimte wilt laten voor interpretatieverschil en sneller richting wilt, kan Uricult Plus of Uricult Trio helpen. Uricult Plus is logisch als enterokokken in uw populatie een rol kunnen spelen (bijvoorbeeld in bepaalde zorginstellingen of na recente antibiotica). Uricult Trio is passend als u vooral een snelle indicatie voor E. coli wilt, bijvoorbeeld bij typische cystitisklachten zonder alarmsymptomen, terwijl u de verslaglegging strak wilt houden.

Katheterurine en intramurale zorg

Bij katheters is contaminatie complexer te duiden. Een variant die naast totale groei een extra selectieve aanwijzing biedt (Uricult Plus voor enterokokken of Trio voor E. coli) kan de rapportage scherper maken. Let extra op uniformiteit en congruentie tussen zijden en hanteer een lage drempel voor laboratoriumkweek als klachten en uitslag niet goed sporen.

Discrepante situaties of twijfelbeelden

Bij een verschil tussen kliniek en dipslide‑bevindingen helpt het om uw vraag te verfijnen. Wilt u vooral uitsluiten dat de groei E. coli‑congruent is? Dan wijst de keuze naar Uricult Trio. Verwacht u enterokokken of wilt u die apart kunnen vermelden in uw verslag? Dan is Uricult Plus logisch. Blijft twijfel bestaan, herhaal dan eenmaal met strikte instructies of stuur urine in voor kweek.

Zo leest u de bodems per type betrouwbaar af

Ongeacht het type werkt u met dezelfde systematiek. Dat verhoogt de reproduceerbaarheid binnen het team.

Het volledige, stap‑voor‑stap overzicht staat in Uricult aflezen: interpretatie, drempels en fouten.

1) Controle vóór aflezen

Check afnametype (bijv. middenstroomurine), tijd tot incubatie, start/eindtijd en incubatietemperatuur. Leg afwijkingen vast (katheter, antibioticagebruik). Twijfelbeelden zijn vaak timing‑ of temperatuurgerelateerd.

2) Beoordeel per zijde, feitelijk en gestructureerd

Beschrijf wat u ziet: patroon (diffuus, eilandjes), dichtheid (schaars, matig, overvloedig) en uniformiteit (één of meerdere koloniemorfologieën). Noteer per zijde A/B en koppel aan de afleeskaart van het gebruikte product.

3) Interpreteer met de afleeskaart van het product

Gebruik de drempels en voorbeeldbeelden van de afleeskaart van de gekozen variant. Vermijd “eigen drempels”. Een duidelijke, uniforme groei binnen het positieve gebied woog zwaarder; een schaars of gemengd beeld vraagt om herhaling of laboratoriumbevestiging.

4) Congruentie tussen zijden

Kijk of CLED en de selectieve zijde hetzelfde verhaal vertellen. Bij Uricult: past de totale groei bij wat u op MacConkey ziet? Bij Uricult Plus: is er naast totale/Gramnegatieve groei ook aanwijzing voor enterokokken en is dat beeld uniform? Bij Uricult Trio: is de E. coli‑gerichte groei in lijn met CLED/MacConkey? Incongruente beelden benoemt u expliciet in het verslag.

5) Vervolgstap motiveren

Koppel de bevinding aan klachten, risico’s en uw regionale afspraken. Motiveer kort: herhalen, opsturen voor kweek of geen vervolg.

Grenzen en valkuilen per variant

Uricult (CLED + MacConkey)

Sterk in een brede eerste indruk. Valkuil: bij gemengde groei kan de interpretatie lastiger zijn. Fixeer daarom op uniformiteit en congruentie tussen CLED en MacConkey en leg twijfel expliciet vast.

Uricult Plus (CLED + MacConkey + enterococcus‑selectief)

Handig wanneer u enterokokken apart wilt duiden. Valkuil: selectieve groei kan u te vroeg geruststellen of juist alarmeren. Houd de kliniek leidend en gebruik de afleeskaart; noteer afwijkingen en kies bij twijfel laagdrempelig voor een kweek.

Uricult Trio (CLED + MacConkey + E. coli‑gericht)

Geeft een snelle indicatie of het beeld past bij E. coli. Valkuil: andere verwekkers blijven uiteraard mogelijk. Beoordeel daarom altijd alle zijden samen en leg het geheel naast de klachten.

Opslag, houdbaarheid en kwaliteitsborging

  • Opslag: bewaar dipslides volgens de instructies van de fabrikant, vermijd temperatuurschommelingen en directe warmtebronnen. Label duidelijk met ontvangst‑ of uitgiftedatum.

  • Houdbaarheid: werk met FIFO en verwijder materiaal buiten houdbaarheid. Noteer batch/lotnummer waar dit voor uw kwaliteitsproces nodig is.

  • Interne controle: gebruik, indien beschikbaar, eenvoudige interne controles (bijv. blanco/positieve referentie) om beoordeling en incubatie‑instellingen periodiek te valideren.

  • Teamafspraken: werk met één afleeskaart per variant en gedeelde terminologie. Leg een kort sjabloon vast voor verslaglegging en training van nieuwe collega’s.

Vergelijkingstabel: wanneer Uricult, Uricult Plus of Uricult Trio?

Variant Bodems (functie) Passende inzet Pluspunten Aandachtspunten
Uricult CLED (totaalbeeld) + MacConkey (Gramnegatieven/lactose) Eerste triage, brede indruk bij typische klachten Snel overzicht en richting; eenvoudige rapportage Gemengde groei lastiger; bij twijfel herhalen of insturen
Uricult Plus CLED + MacConkey + enterococcus‑selectieve bodem Situaties waar enterokokken relevant kunnen zijn Extra aanwijzing voor enterokokken naast totaal/Gramnegatief Kliniek blijft leidend; risico op over‑/onderschatting bij twijfelbeelden
Uricult Trio CLED + MacConkey + E. coli‑gerichte bodem (β‑glucuronidase) Snelle indicatie of groei E. coli‑congruent is Handig bij typische cystitisklachten en strakke verslaglegging Niet exclusief; beoordeel alle zijden en context

Toelichting: de tabel helpt bij het kiezen op basis van uw vraag. Gebruik altijd de afleeskaart van het gekozen product, leg afwijkingen vast en hanteer uw regionale afspraken voor de vervolgstap.

Praktijkcase

Een 71‑jarige patiënte in een woonzorgcentrum meldt toegenomen mictiefrequentie zonder koorts. Er is katheterisatie in de voorgeschiedenis en recent antibioticagebruik. Doel van de afname: een snelle indruk krijgen van groei en—indien aanwezig—een aanwijzing welke richting die groei uitgaat. Er wordt gekozen voor Uricult Plus, zodat naast totale groei ook een enterokokken‑indicatie beschikbaar is. De afname gebeurt na heldere instructie; start‑ en eindtijd van incubatie worden vastgelegd.

Bij aflezen ziet u op CLED een uniforme, matige groei; MacConkey toont beperkte groei; de enterococcus‑selectieve zijde laat duidelijke, uniforme kolonies zien. Het beeld wordt per zijde beschreven en met de afleeskaart vergeleken. Conclusie in het verslag: “congruent beeld met aanwijzing voor enterokokken; kliniek en risicoprofiel aanwezig.” Vervolgstap: urine insturen voor laboratoriumkweek voor identificatie en gevoeligheid, met vermelding van de bevindingen op de dipslide en de reden voor insturen. De gekozen variant maakte de rapportage richtinggevend, terwijl de laboratoriumkweek de definitieve bevestiging geeft.

Tips & veelgemaakte fouten

  • Leg de reden voor uw variantkeuze vast vóór de afname.

  • Gebruik één afleeskaart en vaste termen voor het hele team.

  • Noteer start/eindtijd standaard; timing beïnvloedt interpretatie.

  • Benoem afwijkingen expliciet (katheter, antibiotica) in het verslag.

  • Herhaal bij twijfel eenmaal; blijft twijfel, overweeg laboratoriumkweek.

  • Volg het stappenplan Uricult aflezen voor consequente rapportage en eenduidige terminologie.

Conclusie

De keuze tussen Uricult, Uricult Plus en Uricult Trio volgt uit uw vraag en context. Uricult biedt een brede eerste indruk met CLED en MacConkey. Uricult Plus voegt een gerichte enterokokken‑indicatie toe, nuttig wanneer u die apart wilt benoemen. Uricult Trio helpt om snel te duiden of het beeld bij E. coli past. Welke variant u ook kiest: werk systematisch, lees per zijde met de afleeskaart van het product, leg uw motivatie en vervolgstap vast en hanteer een lage drempel voor laboratoriumkweek bij risicoprofielen, gemengde groei of discrepante kliniek. Zo blijft de dipslide een praktisch hulpmiddel dat triage en verslaglegging versnelt, zonder de plaats van de laboratoriumkweek over te nemen.

Bekijk ons assortiment in deze categorie of neem contact op voor productadvies.

Disclaimer

Deze informatie is bedoeld als algemene voorlichting voor zorgprofessionals. Volg altijd de geldende medische richtlijnen en lokale protocollen. Raadpleeg bij twijfel een arts/specialist.

Veelgestelde vragen

Welke bodems zitten in Uricult, Uricult Plus en Uricult Trio?

Uricult combineert CLED en MacConkey. Uricult Plus voegt een enterococcus‑selectieve bodem toe. Uricult Trio voegt een E. coli‑gerichte bodem toe op basis van β‑glucuronidase‑activiteit.

Wanneer kies ik Plus of Trio in plaats van de standaard Uricult?

Kies Plus als u enterokokken apart wilt signaleren; kies Trio als u vooral een snelle indicatie wilt of de groei bij E. coli past. In alle gevallen blijft kliniek leidend.

Vervangt een dipslide de laboratoriumkweek?

Nee. De dipslide geeft een snelle indruk en helpt uw verslaglegging. Voor identificatie en gevoeligheid is een laboratoriumkweek nodig, met name bij risicogroepen, recidieven of discrepante bevindingen.

Wat noteer ik minimaal in mijn verslag?

Datum/tijd van afname en incubatie, afnametype en bijzonderheden, bevinding per zijde (patroon + drempelpositie), interpretatie volgens de afleeskaart en de gekozen vervolgstap.